Publieke organisaties werken meer dan voorheen samen met partners in zogenoemde ketens. Deze organisaties verhouden zich anders tot elkaar dan tot nu toe in de klassieke governance gebruikelijk is.
Het sociaal domein bestaat uit Jeugdzorg, Thuiszorg en arbeidsparticipatie. Deze publicatie richt zich op de lessen uit de arbeidsparticipatie. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat formele en informele sturing de samenwerking in ketens en netwerken beïnvloedt. Vanuit deze lessen kunnen ook meer algemene uitspraken worden gedaan over het sturen van samenwerking in ketens en netwerken.
We gaan dieper in op drie belangrijke inzichten waarmee je rekening moet houden bij het vormgeven en sturen van samenwerking rond maatschappelijke opgaves in ketens en netwerken.
1. Governance: ruimte voor informele sturing
Formele sturing met behulp van bijvoorbeeld contracten of convenanten is vooral van belang voor de afbakening van het speelveld en stelt de randvoorwaarden op voor het collectief. Daarbij staat beheersing voorop. Beheersing moet de verantwoordelijk bestuurder of opdrachtgever het vertrouwen geven dat de keten doet wat zij moet doen.
De informele sturing in de keten daarentegen stelt de doelrealisatie voorop. Deze is gekoppeld aan de individuele hulpvraag van de inwoner of specifieke maatschappelijk opgave. Ruimte maken voor sturing vanuit relationele aspecten, maakt de spanning tussen de individuele en collectieve focus in de sturing hanteerbaar.
Formele en informele sturing zijn geen communicerende vaten. Er kan niet gezegd worden dat bij een gebrek aan formele sturing de informele sturing dit wel compenseert of andersom. In onderstaand overzicht maakt de praktijk duidelijk hoe deze beide typen sturing op elkaar inwerken en elkaar soms helpen maar elkaar soms ook in de weg zitten. En ook wat hiervan de gevolgen zijn voor de uitvoering en samenwerking.
2. Bruikbare informatie ondersteunt de sturing
Om te kunnen sturen is informatie nodig. Deze richt zich idealiter op de doelrealisatie. Om de vinger aan de pols op de doelrealisatie van de samenwerking te houden, wordt vaak een monitor ontworpen. Wanneer deze monitor is opgemaakt vanuit doelrealisatie op ketenniveau in plaats vanuit een politieke opdracht, wordt het wegen van informatie in het belang van doelrealisatie versterkt. Daarmee dient dit het overkoepelend ketenbelang in plaats van het eigen belang van de bestaande organisaties in een keten.
De invloed van formele sturing op de samenwerking wordt zichtbaar in de relatie tussen het karakter van de monitor, het wegen van informatie en het verminderen van de verticale druk (de afzonderlijke belangen van de ketenpartners). Het verminderen van deze verticale druk is van groot belang voor het creëren en behouden van een stabiel ketenproces. Hoe stabieler dit proces, hoe groter de kans op doelrealisatie.
3. Verticale druk
De invloed van formele sturing heeft het reduceren van eigenbelang van ketenpartners tot doel. Dit komt de stabiliteit van de samenwerking ten goede. Wanneer het vraagstuk, in dit geval van arbeidsparticipatie zelf als uitgangspunt wordt genomen, zal dit eerder tot een meer integrale benadering van dit vraagstuk leiden. Het voorbeeldgedrag van bestuurders, dat hieruit voortkomt, richt zich op het bouwen van een horizontaal krachtenveld. In een dergelijke situatie gaat de keten haar eigen taal maken en gebruiken.
Dit artikel is geschreven door Marcella Rijkschroeff, adviseur bij Rieken en Oomen, onderdeel van Rijnconsult.