Voor veel gemeenteambtenaren was de Omgevingswet lange tijd een ver-van-mijn-bed show. Tot de verwachte invoering in 2021 waren er immers een hoop dossiers met meer prioriteit. De meeste gemeenten troffen de afgelopen jaren met een kernteam van specialisten voorbereidingen voor de invoering van de wet. De nieuwe juridische instrumenten zijn voorbereid, de digitale systemen staan klaar en er is een dienstverleningsproces uitgetekend. Nu wordt het hoog tijd ook de rest van de gemeente te betrekken. De verwachting is immers dat houding en gedrag voor 80% zal bepalen of de implementatie van de Omgevingswet een succes wordt.
Binnenlands Bestuur wijdde onlangs een editie aan de constatering dat gemeenten nog een jaar de tijd hebben. Een aantal tips waar te beginnen op basis van drie recente opdrachten.
Betrek de raad
In veel gemeenten is de gemeenteraad nauwelijks betrokken bij de voorbereidingen op de Omgevingswet. Dat is een risico, want het nieuwe proces zal ook gevolgen hebben voor de kaderstellende en controlerende rol van de raad in het ruimtelijk domein. Het mooie participatieproces dat ambtelijk is voorbereid kan in de eindfase lelijk worden doorkruist, wat ten koste kan gaan van de betrouwbaarheid en voorspelbaarheid van de gemeente. En dat is ook niet zo vreemd als de raad niet betrokken is geweest bij de voorbereiding van dat proces. Om interventies op dossierniveau achteraf te voorkomen moet je vertrouwen in het proces aan de voorkant organiseren. Bijvoorbeeld door gezamenlijk met de raad de nieuwe processen te ontwerpen, met elkaar te experimenteren bij het opstellen van een Omgevingsvisie of – als de gemeente stevige ambities heeft – een raadswerkgroep Omgevingswet te vormen.
Nieuwe rollen, nieuwe kansen
Door de Omgevingswet ontstaan in veel gemeenten nieuwe rollen (zoals de ruimtecoach) en wijzigen bestaande rollen in de vergunningverlening en planontwikkeling. Niet alle medewerkers beschikken over de competenties om mee te bewegen in de veranderingen die de Omgevingswet vraagt, zeker waar het gaat om de participatie. Maar waarom zouden alle medewerkers hetzelfde moeten doen? Durf differentiatie aan te brengen binnen functies, waardoor de ene medewerker meer ‘buiten’ gaat werken en invulling geeft aan de participatieve aanpak en de andere medewerker zich richt op het klassieke bureauwerk binnen de muren van het gemeentehuis. Of overweeg te werken met parttime rollen, zodat medewerkers zich binnen één functie langer kunnen doorontwikkelen.
Maatwerk
Hoewel vaak wordt benadrukt dat de nieuwe wet de héle gemeentelijke organisatie raakt en dat óók sociale vraagstukken een fysieke component hebben is de simpele praktijk dat niet iedere medewerker evenveel te maken krijgt met de Omgevingswet. Om recht te doen aan de verschillen in belang, impact en kennis raden wij aan om gebruik te maken van gerichte interventies per functiegroep om houding en gedrag te ontwikkelen. Voorbeelden van interventies zijn een algemene introductie, vakinhoudelijke bijscholing, vaardigheidstrainingen (bijvoorbeeld gesprekstechnieken), collegiale intervisie en coaching door een participatie-expert.
Experimenteer
Nieuwe plannen, processen en interventies hebben alleen meerwaarde als er in de praktijk casuïstiek beschikbaar is om te experimenteren. Wacht daar niet mee tot de wet is ingevoerd. Ga al eerder op zoek naar casussen om gestructureerd te experimenteren, zowel ambtelijk als bestuurlijk. Begin klein en maak het steeds groter. Wijs binnen de organisatie een verantwoordelijke aan om het leerproces binnen die casussen en vanuit die casussen te faciliteren.
Rijnconsult heeft in opdracht van de rekenkamercommissie Oisterwijk begin dit jaar onderzoek gedaan naar de rol van de gemeenteraad bij de implementatie van de Omgevingswet. Dat is vastgelegd in een openbaar rapport. Voor de Gemeente Dalfsen hebben we een Plan van Aanpak geschreven voor het project Organisatie, Cultuur en Ontwikkeling (OCO) binnen het Programma Omgevingswet. Binnen de BAR-organisatie (Barendrecht – Albrandswaard – Ridderkerk) hebben we een bijdrage geleverd aan de procesinrichting en de organisatieontwikkeling in het kader van de Omgevingswet.